Het Beleggers ABC
Het Beleggingsinstituut heeft voor u een lijst samengesteld met uitleg over de meest voorkomende begrippen in de financiële wereld.
Aandeel
Waardepapier (tegenwoordig digitaal) dat het bewijs is dat u een deel van de onderneming bezit. Het geeft u het recht om mee te delen in de winst en uw stem uit te brengen in de aandeelhoudersvergadering. Veel beleggers kopen ook aandelen om hun voordeel te doen met de eventuele koersstijging.
Aandeelhouder
Bezitter van aandelen van een bedrijf.
Aandelen index
Een aandelenindex, ook wel beursindex of index genoemd, is een index waar een bepaalde groep aandelen in genoteerd staat. De AEX is een voorbeeld hiervan. Dit zijn de 25 grootste genoteerde ondernemingen.
Advieskoers
Een indicatie van de verwachte openingskoers van de beurs die wordt afgegeven voordat de beurs open gaat.
AEX
Beursindex van Amsterdam waar de 25 grootste ondernemingen (met de grootste marktkapitalisatie) in genoteerd staan.
Afdekken
In beurstermen wordt met afdekken bedoelt dat u uw risico afdekt. Dit kunt u op twee manieren zien. De eerste is het afdekken van bijvoorbeeld uw aandelen positie. Deze wilt u beschermen tegen een daling. U kunt hiervoor een put optie kopen om het verlies af te dekken.
De tweede is het afdekken van een short positie. U heeft effecten of valuta’s eerder verkocht zonder deze in bezit te hebben, maar u wilt voorkomen dat u uw plicht niet kunt nakomen. Wanneer u bijvoorbeeld een calloptie schrijft. Kunt u hiertegenover de aandelen in portefeuille hebben of een calloptie kopen om ervoor te zorgen dat u de stukken kunt leveren wanneer een tegenpartij hierom vraagt.
AFM
De Autoriteit Financiële Markten (AFM) is toezichthouder op het functioneren van de kapitaalmarkten en controleert degenen die actief zijn op de markt van aandelen en andere effecten. De AFM zorgt ervoor dat alle regels die er op de beurs gelden worden nageleefd en kan ingrijpen wanneer dit niet gebeurd.
AMX-index
De één na grootste index (na de AEX-index) in Nederland van 25 fondsen die de grootste beurswaarde vertegenwoordigen op de Amsterdamse effectenbeurs. Het wordt ook wel Midkap genoemd.
AMEX
The American Stock Exchange (AMEX). Deze beurs legt zich toe op kleine en middelgrote bedrijven en heeft de op een na grootste fysieke handelsvloer. De AMEX een sterke positie in de handel van aandelen en indexaandelen.
Amerikaanse optie
Het Amerikaanse type optie is een optie die gedurende de gehele looptijd uitgeoefend kan worden. Een tegenpartij kan dus op ieder moment van zijn recht gebruik maken. Bij zijn tegenhanger, de Europese type optie is dit niet mogelijk. Deze kan alleen aan het einde van zijn looptijd worden uitgeoefend.
AScX-index
Afkorting van Amsterdam Small Cap Index. De derde index van Nederland achter de AEX-index en AMX-index.
At-the-money
Dit is een term in de optie wereld. Een optie is at-the-money als de uitoefenprijs vrijwel overeenkomt met de koers van de onderliggende waarde. Wanneer u een calloptie met uitoefenprijs € 40 heeft en heb onderliggende aandeel waar u de optie op heeft gekocht heeft een beurswaarde van € 40 de optie at-the-money. Niet er boven, niet er onder maar precies erop.
Backtesten
Backtesten doet u met technisch analyse patronen en indicatoren. Wanneer u een bepaald patroon of indicator afstelling heeft ontwikkeld wilt u uiteraard weten of u hier in het verleden geld mee had verdiend. U gaat deze dus backtesten op koersen uit het verleden. U kunt dan over een lange periode bekijken of uw patroon of indicator statistisch succesvol is.
Barchart
een barchart is een weergave vorm van een technische grafiek. De koers van bijvoorbeeld een dag wordt weergegeven met een lijn die aangeeft waar de koers die dag is geweest. Van de hoogste tot de laagste koers (de range). Het kleine verticale streepje naar rechts geeft aan wat de slotkoers van die dag is.
Barrel
Een barrel (vat) is de eenheid waarin ruwe olie (crude oil) wordt uitgedrukt. Dit is 159 liter per vat.
BBP
Bruto Binnenlands Product BBP. Dit is het totaal van alle goederen en diensten die er in een land geproduceerd worden. Het is een belangrijke economische graatmeter.
Bear-markt
Een beursterm voor een markt die dalende is. Er zijn Bulls en Bears op de Beurs. Een Bull markt is dus een benaming voor een stijgende markt.
Beleggen
Het investeren in spaarvormen, effecten, opties, onroerend goed en dergelijke, met de bedoeling daar inkomsten/rendement uit te behalen. Beleggen is dus niet alleen beleggen in aandelen of andere producten op de beurs. Dit kunt u ook doen in stenen, goud, kunst of bijvoorbeeld wijn.
Beleggingsfonds
Dit is een fonds waarin een grote verzameling aandelen zitten. Ook wel een mandje genoemd. Het voordeel van een beleggingsfonds is dat u met één aankoop in een keer een brede spreiding heeft. U kunt bijvoorbeeld een deel van een mandje van een fonds aanschaffen dat investeert in een bepaalde sector in een bepaald werelddeel. Wanneer u dit zelf één voor één zou moeten aanschaffen bent u veel tijd kwijt aan individueel onderzoek en veel geld aan transactiekosten. Een beleggingsfonds wordt beheerd door een fondsmanager. Deze moet uiteraard wel betaald worden dus u draagt een percentage van de winst af. Dit percentage verschilt bij ieder beleggingsfonds.
Beleggingshorizon
U beleggershorizon is de periode waarover u wilt/kan beleggen. Dit is per persoon verschillend en is afhankelijk van meerdere factoren. Een aantal factoren zijn: Wanneer heeft u het investeerde vermogen nodig? Op welke manier belegd u, korte of lange termijn? Wat zijn uw verwachtingen over de beurs en de economie de komende tijd? Wil u uzelf indekken tegen eventuele dalingen op de beurs of blijft u gewoon zitten en hebt u genoeg tijd om te wachten tot het weer aantrekt? Dit zijn allemaal vragen die u voor uzelf moet beantwoorden en daarna kunt u uw beleggersstrategie gaan ontwikkelen. U kunt begrijpen dat de strategie van een korte termijn belegger erg verschilt van die van een lange termijn belegger
Benchmark
Dit is het ijkpunt waarmee u uw portefeuille vergelijkt. Dit kan bijvoorbeeld de AEX index zijn. Wanneer u het beter doet dan de AEX index en meer rendement behaald in bijvoorbeeld een jaar verslaat u de benchmark.
Besloten Beleggingsfonds
Beleggingsfonds dat niet vrij verhandelbaar is op de beurs.
Bestens order
Een bestens order is een order die u bij uw bank of broker in kunt leggen om bijvoorbeeld een aandeel te kopen. U geeft aan dat u hem tegen de beste laatprijs (laagste prijs op dat moment aangeboden) wilt kopen. De order kan dan direct worden uitgevoerd, mits de beurs geopend is.
Beurs
De (digitale)markt waar u kunt handelen in effecten (aandelen, obligaties, opties futures etc.).
Beursindex
Koersgemiddelde van alle noteringen in de inde op een bepaalt tijdstip. Voorbeeld: de AEX staat op 400 punten.
Beurskoers
De prijs van een fonds als gevolg van vraag en aanbod. Voorbeeld: Heineken noteert op dit moment een koers van € 52.
Bewaarloon
Dit is het bedrag dat banken en brokers aan beleggers in rekening brengen als vergoeding voor het in bewaring nemen en administreren van de fondsen op de beleggersrekening. Vaak is dit een percentage van het totale vermogen dat u geïnvesteerd heeft in effecten op de beleggersrekening.
Biedkoers
Dit is de hoogst geboden koers voor een fonds op dat moment. Voorbeeld: wanneer u aandelen in bezit heeft kunt u deze stukken direct kwijt tegen deze prijs.
Bolinger Bands
Bollinger Bands is een technische indicator die bestaan uit drie lijnen. De middelste lijn is de moving average (voortschrijdend gemiddelde), Boven en onder deze middellijn bevinden zich twee lijnen die berekend worden met behulp van de standaarddeviatie (uitslagen rond het gemiddelde). Deze indicator is een maat waarmee de volatiliteit (bewegelijkheid van de koers) gemeten kan worden. De koers blijf meestal tussen de uiterste banden. Wanneer de koers aan de bovenkant uitbreekt kan dit duiden op een stijging (koopsignaal). Wanneer de koers door de onderste band gaat kan dit een verkoopsignaal zijn.
Break-even point
Het punt waarop u geen winst maakt maar wel uw investering er uit heeft. In het geval van een aandeel is dit dus de aankoopprijs.
Brent olie
Benaming voor oliesoorten die in de Noordzee gewonnen worden.
Bubbel
Een bubbel of zeepbel is een benaming voor een situatie waarin de prijs van een fonds ver boven de werkelijke waarde ligt.
Bull-markt
Een beursterm voor een markt die stijgende is. Er zijn Bulls en Bears op de Beurs. Een Bear markt is dus een benaming voor een dalende markt.
Bundfuture
Dit is een termijncontract op Duitse staatsleningen. Een belangrijke graatmeter voor inflatie- en renteverwachtingen in Europa.
Buy-and-Hold
Buy-and-hold, in het Nederlands :Kopen en houden is een term voor een beleggingsstrategie voor de lange termijn. U koopt iets en hoopt dat het op de langer termijn (meer dan vijf jaar) een goed rendement oplevert. Beleggers met deze strategie zorgen er vaak wel voor dat ze genoeg spreiding aanbrengen. Wanneer er dan fondsen tussen zitten die wat minder presteren kan dit worden opgevangen door de fondsen die boven verwachting presteren.
CAC40
Dit is de AEX-index van Frankrijk met de 40 belangrijkste Franse aandelen op de beurs van Parijs. CAC is de afkorting van Cotation Assistée Continue.
Calloptie
Een optie is een recht om tegen een vooraf bepaalde prijs binnen een afgesproken periode een bepaald goed te kopen of te verkopen. Denk bijvoorbeeld aan het kopen van een huis: wie een koopoptie neemt op een huis heeft dat huis in feite nog niet gekocht, maar verzekert zich al wel voor een veelal korte periode van de mogelijkheid om te kopen. Voor dit recht betaalt de optiekoper in de financiële markten een bedrag aan degene die het recht verleent, de optiepremie.Een optie is een afgeleid product, ofwel een derivaat. De waarde van de optie is gebaseerd op de waarde van het onderliggende product (bijv: aandeel), de looptijd, de bewegelijkheid (volatiliteit) van de prijs van de onderliggende waarde en de rente. Wie een call-optie koopt, krijgt daarmee het recht om een bepaalde onderliggende waarde binnen een gedefinieerde periode te kopen tegen een van tevoren vastgestelde prijs. Het bedrag waartegen de optie wordt verhandeld noemt men de optiepremie.
Wanneer aan het eind van de looptijd (bij expiratie) van de optie de prijs van de onderliggende waarde onder de afgesproken uitoefenprijs ligt, zal de optie geen waarde meer hebben. Men kan immers deze onderliggende waarde goedkoper kopen dan voor de afgesproken prijs. Ligt de prijs echter hoger dan de uitoefenprijs, dan zal de optiehouder zijn rechten uitoefenen. Simpel gezegd; de koper van de call-optie speculeert op een stijging van het aandeel op termijn.
Callspread
Dit is een optiestrategie waarbij een calloptie wordt gekocht en een calloptie met dezelfde looptijd, maar een hogere uitoefenprijs verkocht (geschreven). Hiermee wordt ingespeeld op verwachte koersstijging van de onderliggende waarde. Bij een stijgende koers neemt de gekochte call in waarde toe. De geschreven call zal de winst beperken. De maximale winst is het verschil in de uitoefenprijzen. Het maximale risico is het geïnvesteerde bedrag. De geschreven call kan een onbeperkt risico vormen bij een stijgende koers, maar de gekochte call geeft hiervoor dekking en zorgt ervoor dat u de stukken altijd tegen de uitoefenprijs kunt kopen en eventueel daarna weer kunt leveren aan de tegenpartij van de geschreven call.
Call backspread
Dit is een optiestrategie waarbij er een call optie wordt gekocht en een call optie wordt geschreven met dezelfde looptijd maar een lagere uitoefenprijs wordt verkocht (geschreven). Hiermee wordt ingespeeld op een verwachte dalende of gelijkblijvende koers. De gekochte call dient als dekking voor de geschreven call die meer zal opleveren wanneer de koers daalt. Het maximale risico is hierbij het verschil in de uitoefenprijzen van de twee opties.
Candlestick
Candlestick is een technisch analyse grafiek. Het ziet er uit als een staafje met daartussenin een dik gedeelte (het lichaam). Het staafje steekt aan beide kanten uit, dit worden de schaduwen genoemd. Het lichaam van de candlestick stelt de open en de slotkoers voor. Als de opening hoger is dan het slot is het lichaam gevuld. Als de opening lager is dan het slot is het lichaam open. De Candlesticks zijn afkomstig uit Japan en werden in de rijsthandel gebruikt. Pas eind jaren tachtig werden ze populair onder de Technische Analisten.
Wanneer er meerdere Candlesticks achterelkaar staan kunnen er patronen in worden herkend, zogenaamde koersformaties, er bestaan tientallen formaties die volgens de aanhangers van deze methode een voorspellende waarde hebben.
Cashflow
Dit is de nettowinst plus alle afschrijvingen van een onderneming. Dit is het geld dat er in een onderneming beschikbaar is voor investeringen, dividend en winstinhouding.
Cash-settlement
Cash-settlement betekent contante afhandeling in geld. Dit gebeurd bijvoorbeeld bij het expireren van een optie op de AEX. U krijgt dan niet de eventuele winst (het verschil tussen de uitoefenprijs en koers van de onderliggende waarde) uitgekeerd in aandelen van de AEX maar in cash.
CFD
CFD staat voor ‘Contract For Difference’. Een contract for difference is een financieel instrument waarbij twee partijen met elkaar afspreken om het waardeverschil van een onderliggend goed tussen nu en de toekomst met elkaar te verrekenen. Dat onderliggende goed kan van alles zijn: een vreemde valuta, een grondstof zoals olie of katoen, een aandeel, een beursindex of een obligatielening. CFD’s zijn een goede belegging om geld te verdienen aan de waardeveranderingen op korte termijn in financiële markten.
Waar het met aandelen maanden kan duren om een paar procent rendement te boeken, is dit met CFD’s een kwestie van dagen (of korter). Met een klein bedrag kunt u al in grote posities handelen (dat komt door ‘leverage’) en u kunt altijd bepalen hoeveel risico u maximaal loopt. Een voorbeeld: U koopt bij een CFD broker een contract for difference op het aandeel Heineken. Het contract dat u sluit is een zogenaamde ‘long’ positie. Dat wil zeggen dat u speculeert op waardestijging van het aandeel. (Het tegenovergestelde is een ‘short’ positie; daarbij gaat u uit van een waardedaling.) Op het moment dat u de CFD koopt is de koers van Heineken aan de Amsterdamse beurs EUR. 41,00. U koopt een CFD op 100 aandelen. Hiervoor hoeft u niet werkelijk 100 aandelen te kopen (dat zou u immers 4.100 euro kosten), maar hoeft u slechts een fractie van dat bedrag (vaak 1/50 – 1/20) beschikbaar te hebben om potentiële verliezen af te dekken. Voor 100 aandelen Heineken heeft u bijvoorbeeld EUR. 82,00 nodig. Dit bedrag wordt opzij gezet.
Een dag later is het aandeel Heineken met 1,5% gestegen naar EUR. 41,62. U besluit om uw winst te nemen en het contract for difference te verkopen (dit kan op elk moment). De CFD broker met wie u het contract heeft gesloten betaalt u 100 maal het waardeverschil van EUR. 0,62 uit, wat u een winst van EUR. 62,00 oplevert. Terwijl het aandeel slechts 1,5% in waarde is gestegen, heeft u 75,6% rendement geboekt op uw opzij gezette kapitaal. Niet slecht voor één dag beleggen.
Chart
Een ander woord voor koersgrafiek.
Claim
Het recht dat bestaande aandeelhouders hebben bij de uitgifte van nieuwe aandelen om de nieuwe aandelen als eerste te mogen kopen. De claim zelf kan ook op de beurs worden verhandeld.
Clearing
Dit is een benaming voor het afwikkelen van optietransacties en het garanderen van de verplichtingen die hieraan vast zitten.
Closed end Fund
Beleggingsfonds waarbij er maar een gelimiteerd aantal deelnemersbewijzen wordt uitgegeven. De waarde van deze deelnemersbewijzen is in sterke mate afhankelijk van vraag en aanbod.
Commodities
Commodities is een Engelse verzamelnaam voor grondstoffen of basisproducten die internationaal verhandelbaar zijn. Overwegend in derivaten als futures, CFD’s, Sprinters, Turbo’s en dergelijken. Dit kunnen allerlei producten zijn, zoals bijvoorbeeld ruwe olie en gas, basismetalen als goud, zilver, aluminium, koper, zink, nikkel en lood, maar ook voedselproducten als graan, sojabonen en zelfs vee.
Conjunctuur
Golfbeweging in de economie.
Converteerbare obligatie
Obligatie die onder bepaalde voorwaarden in aandelen van dezelfde vennootschap kan worden gewisseld.
Convergentie
Convergentie is een technische analyse term waarmee wordt aangegeven dat meerdere technische signalen samenvallen op of rond hetzelfde koersniveau. Het feit dat ze in dezelfde richting wijzen vergroot de kans dat de signalen juist zijn en maakt het eenvoudiger om de juiste beslissing te maken.
Coupon
Dit is het rentebewijs of dividendbewijs van aandelen of obligaties.
Credit rating agency
Credit rating agencies zijn organisaties zoals bijvoorbeeld het Amerikaanse Standard & Poor’s en Moody’s. Dit zijn instellingen die banken en bedrijven beoordelen op hun kredietwaardigheid. Hierbij geven ze ‘ratings’ die variëren van de hoogste rating AAA (triple A) tot ratings als BB of lager voor risicovolle ondernemingen.
Dagorder
Een order die u kunt inleggen bij uw bank of broker die voor één dag geldt.
DAX
Deutscher Aktienindex, de Duitse AEX met de 30 belangrijkste aandelen op de beurs van Frankfurt.
Deposito
In bewaring geven van geld tegen een vaste rente en een vastgestelde tijd.
Deflatie
Deflatie is de waardevermeerdering van geld wanneer de prijzen in de totale economie dalen. U kunt meer kopen voor dezelfde euro als in de periode daarvoor. Daarom is uw geld meer waard. Inflatie (waardevermindering is de tegenhanger hiervan.
Derivaat
Derivaat is een verzamelnaam voor producten als bijvoorbeeld opties, Sprinters, Turbo’s en futures waarvan de waarde gekoppeld is aan bijvoorbeeld aandelen, indices, valuta of grondstoffen. Ook wel onderliggende waarde genoemd.
Divergentie
Dit is een technische analyse term die aangeeft dat indicatoren en de onderliggende koers uit elkaar lopen (divergeren). Dit gebeurd wanneer de koers van bijvoorbeeld een aandeel een nieuwe top of bodem neerzet maar de bijbehorende indicator dat niet doet. Het wordt ook wel divergentie genoemd wanneer twee beurzen die normaal gesproken aan elkaar verwant zijn dit doen. Wanneer bijvoorbeeld de AEX een top laat zien, maar de Duitse DAX dit niet doet noemt men dit ook divergentie. Dit kan een eerste signaal zijn voor een koersomslag. Echter is het altijd nog wel afwachten op een bevestiging hiervan.
Dividend
Dividend is een deel van de winst die een aandeelhouder periodiek krijgt uitgekeerd van de onderneming waarvan hij aandeelhouder is. Dividend uitkeren is het delen van de winst.
Dividendbelasting
Belasting op dividend dat in Nederland gevestigde vennootschappen verplicht zijn af te dragen. Deze wordt door de vennootschap ingehouden op de dividenduitkering als voorheffing op de inkomstenbelasting.
Dividendbewijs
Het bewijs dat de aandeelhouder recht heeft op dividend.
Dividendrendement
Het percentage rendement dat een aandeelhouder jaarlijks aan dividend krijgt uitgekeerd.
DNB
Afkorting voor De Nederlandse Bank. Het overkoepelende orgaan van het bankenstelsel in Nederland.
Doorrollen
Doorrollen is een term in de optie wereld. Hiermee wordt bedoeld dat er een huidige optiepositie wordt vervangen door een nieuwe optie met een langer looptijd of een andere uitoefenprijs. Wanneer u bijvoorbeeld een aandeel in bezit heeft die u meerdere jaren wilt aanhouden en u heeft een put optie die afloopt het einde van deze maand, kunt u een nieuwe put optie met een langere looptijd kopen (doorrollen) zodat u ook in de komende periode beschermd bent tegen een daling.
Dow Jones Index
De Dow Jones of DOW 30 is de verkorte benaming van de Dow Jones Industrial Average. Het is de bekendste Amerikaanse index met de 30 grootste Amerikaanse ‘’industriële’’ bedrijven. Tegenwoordig is de meerderheid van de bedrijven genoteerd in de Dow nog actief in de industriële sector.
ECB
Dit is de afkorting van Europese Centrale Bank. De ECB is de centrale bank voor de Europese munt, de euro. Hoofdtaak van de ECB is het handhaven van de koopkracht van de euro en daarmee dat de prijzen in het eurogebied zo stabiel mogelijk blijven.
Effecten
Dit is een verzamelnaam voor alle verhandelbare producten op de beurs, zoals aandelen, obligaties, opties, futures, warrants enzovoort.
Effectenkrediet
Rente die betaald moet worden voor de financiering van de aankoop van effecten, waarbij de effecten als onderpand dienen.
Effectieve waarde
De huidige beurskoers van een bepaald fonds. De waarde van de dag van vandaag.
Eigen Vermogen
Dit is het aandelenkapitaal plus alle reserves van een onderneming.
Emerging Markets
Dit zijn economieën die achterlopen ten opzichten van westerse landen, maar een snelle economische groei laten zien. Direct vertaald: opkomende economieën. Dit wordt vaak gezien als een interessante investeringsmogelijkheid. Echter zitten er ook veel risico’s aan verbonden.
Emissie
Emissie is de term voor het uitgeven van nieuwe aandelen door een onderneming.
Emissiekoers
Dit is de koers (prijs) waarvoor de nieuwe aandelen gekocht kunnen worden. Ook wel de uitgiftekoers genoemd.
ETF
Dit is de afkorting voor Exchange Traded Fund. Het wordt ook wel een indexfonds of ‘’tracker’’ genoemd. Een ETF volgt de index waarop het van toepassing bijna één op één. Een interessante mogelijkheid om met een aankoop direct te investeren in een gehele index. Makkelijker en goedkoper dan alle fondsen in een index los aan te schaffen. Uiteraard moet u net als bij een normaal beleggingsfonds ook een fee afdragen.
Euribor rente
Volledige benaming: European Interbank Offer Rate. Dit is het rentetarief dat kredietwaardige banken elkaar in rekening brengen voor het uitlenen van geld.
Eurobonds
Dit zijn obligatieleningen die in verschillende Europese landen worden verhandeld.
Euronext
De officiële naam is NYSE Euronext. Het is het grootste beursbedrijf ter wereld. Ook de Amsterdamse beurs op beursplein 5 is hier onderdeel van.
Europese Centrale Bank
Ook wel de ECB genoemd. De ECB is de centrale bank voor de Europese munt, de euro. Hoofdtaak van de ECB is het handhaven van de koopkracht van de euro en daarmee dat de prijzen in het eurogebied zo stabiel mogelijk blijven.
Europese optie
Een type optie van Europese stijl die alleen kan worden uitgeoefend op de expiratiedatum (einddatum) van de optie. Een optie op de AEX is hier een voorbeeld van. De tegenhanger is een Amerikaans type optie welke op ieder moment gedurende de looptijd kan worden uitgeoefend.
Eurotop-100 index
Index met de 100 belangrijkste aandelen op de Europese beurzen.
Ex dividend
Waarde van een aandeel de dag nadat het dividend is uitgekeerd. De winst (dividend) wordt uitgekeerd aan de aandeelhouders en is daarom niet meer binnen het bedrijf zelf. Dit wordt daarom in de koers verrekend.
Exchange Traded Fund
Een exchange traded fund, afgekort ETF. Het wordt ook wel een indexfonds of ‘’tracker’’ genoemd. Een ETF volgt de index waarop het van toepassing bijna één op één. Een interessante mogelijkheid om met een aankoop direct te investeren in een gehele index. Makkelijker en goedkoper dan alle fondsen in een index los aan te schaffen. Uiteraard moet u net als bij een normaal beleggingsfonds ook een fee afdragen.
Exercise
Dit is een term in de optiewereld. Het is het Engelse woord voor uitoefenen van een optierecht. Wanneer u een optie bezit en u wilt uw recht uitoefenen om de aandelen te kopen wordt dit ‘’exercise’’ genoemd.
Expiratie
Dit is de aflooptermijn van een optiecontract.
Expiratiedatum
Vaste datum waarop een optiecontract afloopt.
FED
Het Federal Reserve System (FED) is het stelsel van centrale banken in de Verenigde Staten. De Amerikaanse ECB. Net als de Europese Centrale Bank proberen zij de koopkracht te handhaven en de prijzen te stabiliseren op een manier dat dit de economie van de VS zo veel mogelijk ten goeden komt.
Fibonacci
Dit is een technische indicator. Fibonacci was een Italiaanse wiskundige die leefde in de 13e eeuw. Hij vond een getallen reeks waarvan het nieuwe getal steeds bestaat uit de som van de twee voorgaande getallen : 0,1,1,2,3,5,8,13,21,34,55, enz. Als we een getal delen door het voorgaande dan blijkt de uitkomst steeds 1,618 te zijn. Als we een getal delen door het volgende getal dan is de uitkomst steeds 0,618. Later is ontdekt dat deze ratio’s behalve op allerlei natuurkundige fenomenen ook op koersen kunnen worden toegepast en men kwam zo tot de ontdekking dat stappen vaak met de percentages 38,2%, 50% of 61,8% plaatsvinden.
Fondscode
Een specifieke code van een een beleggingsproduct, bijvoorbeeld een aandeel waarmee u deze kunt vinden binnen uw beleggersrekening of op het internet. Ook wel de ISIN code genoemd.
Fondsmanager
Dit is de persoon die de effectenportefeuille van een beleggingsfonds of beleggingsinstelling beheert.
FTSE-100 index
Dit is de afkorting voor Financial Times Index. London beurs waarin de 100 grootste Britse fondsen genoteerd staan. Deze index wordt daarom ook gezien als de beursbarometer voor de Engelse beurs. In de volksmond wordt deze beurs ook wel FOOTSIE genoemd.
Fundamentele Analyse
Fundamentele Analyse is een form van analyse op basis waarvan een belegger zijn keuze kan maken. Hieronder verstaat men de bestudering van economie, industrie en bedrijfsleven om zo de waarde van een aandeel van een bedrijf te bepalen. Deze methode is dus voornamelijk gericht op de cijfers van bedrijven en economische graatmeters. Er zijn beleggers die alleen fundamenteel analyse doen en helemaal niet naar de technische grafiek kijken. Tegenovergesteld zijn er beleggers die alleen technische analyse doen. Echter is er ook een grote groep die beide toepast. Zo gebruiken velen bijvoorbeeld fundamentele analyse om aandelen te selecteren en stellen vervolgens met behulp van technische analyse het juiste instapmoment vast. Belangrijke graatmeters voor een fundamenteel analist zijn: nettowinst, koers-winst verhouding, intrinsieke waarde per aandeel, kasstroom, solvabiliteit en enzovoort.
Future
Een future (of termijncontract) is een financieel contract tussen twee partijen die zich verbinden om op een bepaald tijdstip een bepaalde hoeveelheid van een product of financieel instrument te verhandelen tegen een vooraf bepaalde prijs. Men komt dus een transactie in de toekomst overeen. In de financiële wereld is een future een afgeleid product (ofwel een derivaat). Dit betekent dat het zijn waarde ontleent aan de prijs van een ander product. Datgene waar de future betrekking op heeft staat bekend als onderliggende waarde. De futures hebben gestandaardiseerde contractspecificaties. In het geval van de aardappelfutures is bijvoorbeeld vastgelegd dat het gaat om 25.000 kilo, het ras bintje, een minimumdoorsnede van 50 millimeter, frietgeschikt en geteeld op kleibodem. Eén future-contract kan bijvoorbeeld ook betrekking hebben op 5000 bushels graan van een bepaalde kwaliteit of op 1000 barrels olie.
De betaling vindt pas plaats aan het einde van de looptijd van het contract. Er zijn twee soorten future contracten met betrekking tot de afloop. Fysieke levering: Dit betekent dat er daadwerkelijk een transactie plaats zal vinden in het onderliggende product waarop het futurecontract betrekking heeft. En Cash Settlement: dit houdt in dat men het prijsverschil afrekent in geld. Als men een future op bijvoorbeeld de AEX index heeft gekocht en deze is gestegen, dan ontvangt men het verschil in geld en niet de onderliggende waarde.
Gap
Een gap is het verschil in koerspunten tussen de slotkoers van de vorigehandelsdag en de openingskoers van de nieuwe handelsdag. Gap is het Engelse woord voor ‘’gat’’. Een gap naar boven wijst doorgaans op een sterke markt. Een gap omlaag is vaak een teken van een zwakke markt.
Gedekte optie
U heeft een gedekte optie wanneer uw geschreven optie is afgedekt. Dit kan bijvoorbeeld door het in bezit hebben van de aandelen of een call optie waarmee u zeker bent van het feit dat u aan uw verplichtingen kunt voldoen.
Gelimiteerde order
Dit is een ordersoort die u kunt inleggen bij uw bank of broker waaraan u een limiet kunt meegeven. Bijvoorbeeld een minimum koers waartegen u uw aandelen automatisch wilt verkopen. Wanneer deze koers wordt bereikt, zal de order worden uitgevoerd door uw bank of broker.
Hang Seng Index
Dit is de beurs index van de aandelenbeurs in Hongkong.
Hedge fund
Een hedge fund is een beleggingsfonds dat met een vastgestelde strategie veelal met geleend geld probeert een zo goed mogelijk resultaat neer te zetten. Dit wordt gedaan door zowel long als short posities in te nemen in derivaten. Deze fondsen zijn speculatief van aard vanwege het hefboomeffect dat er ontstaat door het beleggen met geleend geld. Daarbij proberen deze fondsen hun risico’s zo veel mogelijk te dekken (hedgen).
Hedging
Het afdekken van risico’s door het gebruik van derivaten.
Hefboomeffect
Dit is het effect dat ontstaat bij het beleggen met geleend geld of derivaten. Doordat de investering kleiner is maar wel net zo veel verdient kan worden in euro’s ontstaat de hefboom. Een voorbeeld: U heeft een aandeel van € 20 in portefeuille. Deze stijgt met 2 euro. Dat betekend dat u 10% rendement heeft behaald. Wanneer u in een product belegd waar een deel voor u gefinancierd wordt (bijvoorbeeld een Sprinter) is uw investering lager. Stel u heeft maar 5 euro geïnvesteerd en het aandeel stijgt met 2 euro. Dan heeft u een rendement van 40% in plaats van 10%. Uiteraard kan dit ook naar beneden werken.
Hold
Een Engelse term voor ‘’aanhouden’’. Dit wordt vaak gebruikt in adviestermen om een fonds vast te houden.
Hoofd-schouderpatroon
Een hoofd-schouderpatroon is een technisch analyse patroon waarin één steunlijn (de neklijn) en drie toppen zijn te zien. De middelste top is het hoogst, het hoofd. De twee buitenste toppen zijn ongeveer even hoog, maar minder hoog dan de middelste, de schouders. Wanneer de grafiek bij de tweede schouder naar beneden doorzakt is dit een signaal voor een eventueel dalende trend.
Huisfonds
Beleggingsfondsen die financiële instellingen voor hun eigen klanten hebben opgericht. Een beleggingsfonds die u bij uw bank kunt kopen die ook is opgezet door uw eigen bank.
Index
Verhoudingscijfer om een bepaalde ontwikkeling of een stemming weer te geven; koersgemiddelde van een vast aantal fondsen. Bijvoorbeeld de AEX index die aangeeft wat de waarde is van de 25 belangrijkste beursfondsen in Nederland.
Indexoptie
Een optie op bijvoorbeeld een aandelenindex. Dit is over het algemeen een optie van Europese stijl en kan aan het einde van de looptijd pas worden uitgeoefend. In de meeste gevallen vindt dit plaats in de vorm van cash settlement.
Indicator
Een technisch analyse tool waarmee aan en verkoop momenten kunnen worden bepaald en trends kunnen worden ontdekt. Er zijn tal van indicatoren op de markt zoals: MACD, MA, Fibonacci, RSI enzovoort. Voor meer uitleg kunt u deze opzoeken in dit woordenboek.
Inflatie
Inflatie is de waardevermindering van geld wanneer de prijzen in de totale economie stijgen. U kunt minder kopen voor dezelfde euro als in de periode daarvoor. Daarom is uw geld minder waard. Deflatie (waardevermeerdering) is de tegenhanger hiervan.
Institutionele beleggers
Grote instellingen zoals verzekeringsmaatschappijen en pensioenfondsen of andere grote partijen die beleggen met grote bedragen. Zij beleggen de betaalde premies van hun klanten om met als doel hier rendement mee te behalen.
In-the-money (ITM)
Dit is een term in de optiewereld waarmee wordt aangegeven dat een optie intrinsieke waarde heeft. Een call optie is bijvoorbeeld In-The-Money als de koers van de onderliggende waarde hoger is dan de uitoefen prijs. Daarmee heeft de bezitter van de optie namelijk het recht om de onderliggende waarde goedkoper te kopen dan de marktwaarde.
Intraday
Het weergeven van koersgegevens over periodes kleiner dan een dag. Dit kan variëren van bijvoorbeeld 5 minuten tot 15 minuten of 1 uur. Intraday handelen betekend dus dat een handelaar al zijn posities binnen dezelfde dag weer gesloten heeft.
Internationals
Aandelen die op de buitenlandse beurs worden verhandeld.
Jaarrekening
Een overzicht van alle inkomsten en uitgaven van een onderneming over heen geheel boekjaar.
Joint venture
Engelse term voor een samenwerkingsverband tussen of meer ondernemingen.
Koersdoel
Een op basis van een technisch patroon of beweging vastgesteld niveau waarmee wordt bepaalt welk niveau een fonds in de toekomst zou kunnen bereiken.
Koers/winst verhouding
Dit is een term die wordt gebruikt voor de waardering van een fonds op de beurs. Deze wordt berekend door de huidige koers van het aandeel te delen door de winst per aandeel. Het geeft dus weer hoeveel keer de winst van het bedrijf waard is op de beurs. Zo kan bekeken worden of een bedrijf bijvoorbeeld niet veel te duur of overgewaardeerd is.
Korte rente
Rente op een lening met een korte looptijd van één tot twaalf maanden.
Laatkoers
Dit is de laagste prijs waarvoor u een effect op dat moment kunt kopen op dat moment. Voorbeeld: wanneer u aandelen wilt komen en deze direct in bezit wilt hebben kunt u deze direct aanschaffen tegen de laatkoers.
Lange rente
Rente op deposito’s met een looptijd langer dan vijf jaar.
Leverage
Dit is de Engelse benaming voor ‘’Hefboom’’ De verhouding tussen het eigen vermogen en het vreemd vermogen. Zie voor meer informatie ‘’hefboom’’ in dit woordenboek.
Libor rente
De korte benaming voor London Interbank Offer Rate. De rente die banken onder elkaar rekenen in het bankencircuit van Londen.
Lijngrafiek
Een lijngrafiek is een technische analyse grafiek waarin de koersontwikkeling wordt weergegeven door de slotkoersen met elkaar te verbinden met lijnen. In tegenstelling tot een candle grafiek wordt er geen gebruik gemaakt van de openingskoers, de hoogste en de laagste koers. U kunt er dus iets minder informatie uithalen dan andere grafieken maar voordeel is wel dat hij gemakkelijker te analyseren is.
Limiet
Dit is de hoogste of laagste koers waartegen u een aandeel wilt kopen of verkopen. U kunt dit invoeren met een limiet order.
Lokale markt
Beurs index van de Euronext aandelenmarkt waar aandelen van kleinere Nederlandse bedrijven worden verhandeld.
Long positie
Dit is een term waarmee wordt aangegeven dat u een aandeel, optie, Sprinterpositie etc. in bezit heeft waarmee u speculeert op een stijgende koers.
MACD
MACD is een technisch analyse indicator en een afkorting van Moving Average Convergence Divergence. Het is een indicator waarmee de trend kan worden gevolgd. Deze wordt gevormd door twee lijnen die gemiddelden berekenen, het 12- en 26-daags (exponentieel voortschrijdend) gemiddelde. De MACD wordt vervolgens berekend door het 26-daags gemiddelde af te trekken van het 12-daags gemiddelde. Wanneer dit meerdere malen wordt gedaan ontstaat er een lijn rondom het nulpunt. Als deze lijn het nulpunt doorkruist in opwaartse richting wordt er een koopsignaal gegeven. Als dit in neerwaardse richting gebeurd wordt er een verkoopsignaal gegeven.
Mandje
Een pakket aandelen of valuta’s van een bepaalde samenstelling. Een mandje AEX aandelen bijvoorbeeld bevat alle aandelen die deel uitmaken van de AEX index en de precieze weging daarvan. Een AEX tracker is dus een mandje van de AEX.
Margin
Dit is het geldbedrag dat u op uw beleggersrekening moet aanhouden wanneer u shortposities inneemt. Wanneer u bijvoorbeeld een call optie schrijft en de aandelen niet in bezit hebt heeft u een marginverplichting. Deze verplichting legt de bank of broker u op zodat zij er zeker van kunnen zijn dat u aan uw verplichtingen kunt voldoen wanneer u de aandelen zou moeten leveren en zij niet zelf hiervoor op hoeven te draaien.
Marktrisico
Het risico dat u loopt als bijvoorbeeld aandelenbezitter wanneer de koersbewegingen van de totale markt de koers van uw aandeel beïnvloeden. Het hoeft bijvoorbeeld niet slecht te gaan met het bedrijf van het aandeel dat u bezit, maar wanneer het algehele sentiment op de markt negatief is kan de waarde toch dalen. U krijgt dan misschien wel dividend, maar wanneer u het aandeel wilt verkopen moet u er verlies op nemen.
Momentum
Momentum is een technische analyse term waarmee wordt aangegeven dat er een duidelijke beweging in de koers is te zien. Bijvoorbeeld een duidelijke stijging. Een koers verliest momentum als de stijging begint af te vlakken.
Moving average
Dit is het Engelse woord voor voortschrijdend gemiddelde en is een technische analyse indicator. Deze indicator geeft de trend in een grafiek weer. Deze trend wordt berekend door het gemiddelde te nemen van een reeks koersen over een bepaalde periode. Door de berekeningen worden fluctuaties afgevlakt en ontstaat er een golvende lijn die de trend aangeeft. De gemiddelden zijn voortschrijdend omdat het een opeenvolging van gemiddelden betreft. Bij elke nieuwe gemiddelde wordt er een getal aan toegevoegd, en de oudste van de serie geschrapt.
Midkapfondsen
Fondsen die zijn genoteerd in de AMX de op de AEX na grootste aandelen index.
Mixfonds
Een beleggingsfonds dat belegt in allerlei verschillende beleggingsproducten zoals in aandelen, obligaties, vastgoed en liquiditeiten.
NASDAQ
NASDAQ is de afkorting van National Association of Securities Dealers Automated Quotations. Dit is een grote Amerikaanse index waar over het algemeen technologie fondsen aan zijn genoteerd.
Netto rendement
Nettorendement is het resultaat wat overblijft na aftrek van belastingen. Dit resultaat in verhouding tot het geïnvesteerde geld is het nettorendement.
Nikkei-index
Dit is de index van de effecten beurs in Tokio (Japan). Een belangrijke beursthermometer waar 225 fondsen aan genoteerd zijn.
Nominale waarde
Dit is het bedrag dat een beursproduct waard is. Bij een obligatie is dit de grootte van de schuldvordering. Bij een aandeel is dit de koers van dat moment.
Obligatie
Een obligatie is een verhandelbaar schuldbewijs voor een lening. Deze kan worden uitgegeven door bijvoorbeeld de overheid of een onderneming. Als een bedrijf geld nodig heeft voor een uitbreiding of een investering kan het een obligatie uitgeven op de beurs om dit te financieren. Wanneer u een obligatie koopt leent u dus eigenlijk uw geld uit aan de tegenpartij, uiteraard betaalt de tegenpartij hier een rentevergoeding voor. Er zijn bijvoorbeeld obligaties te koop met een looptijd van 10 jaar tegen 5% rente per jaar. Het is een veilig product op het eerste gezicht want u weet precies wat het u gaat opleveren. Echter zitten er ook risico’s aan vast. Een bedrijf kan namelijk ook failliet gaan en niet meer in staat zijn de schuld aan u af te lossen. Bij de overheid zal dit uiteraard niet zo snel gebeuren. Obligaties zijn ook tussentijds te verhandelen. Dus wanneer u het geld toch direct nodig heeft kunt u de obligatie ook weer op de beurs verkopen.
Obligatiefonds
Een beleggingsfonds dat alleen in obligaties belegd.
Omkeerpatroon
Dit is een technisch analyse koerspatroon dat aangeeft dat er een omslag gaande is in de koers.
Onderliggende waarde
Onderliggende waarde is een term die wordt gebruikt bij afgeleide producten zoals opties, Sprinters, CFD’s of futures. Wanneer u bijvoorbeeld een optie in bezit hebt van het aandeel Heineken. Dan is de onderliggende waarde de koers van Heineken.
Ongedekte optie
Wanneer u een ongedekte optie in bezit heeft kan het twee dingen betekenen. De eerste: u heeft een call optie in bezit en u heeft het risico op een daling niet afgedekt met bijvoorbeeld een put optie. U heeft de positie dus niet afgedekt. In de meeste gevallen gaat het over de tweede mogelijkheid. Dat is het ongedekt schrijven (verkopen) van een optie. U bent hiermee een verplichting aangegaan. U heeft bijvoorbeeld een call optie geschreven waarmee een verplichting hebt om de onderliggende aandelen te leveren tegen een bepaalde prijs, maar u heeft deze aandelen niet in bezit. U bent dus niet gedekt tegen het risico dat u loopt. Bij een bank of broker moet u hier dan een margin voor aanhouden. Dit is een geldbedrag dat u cash op uw rekening moet laten staan waardoor de bank of broker er zeker van is dat u aan uw verplichting kunt voldoen.
Openingskoers
De eerste afgegeven koers van een aandeel of ander effect direct na opening van de beurs.
Optie
Een optie is een recht om tegen een vooraf bepaalde prijs binnen een afgesproken periode een bepaald goed te kopen of te verkopen. Denk bijvoorbeeld aan het kopen van een huis: wie een koopoptie neemt op een huis heeft dat huis in feite nog niet gekocht, maar verzekert zich al wel voor een veelal korte periode van de mogelijkheid om te kopen. Voor dit recht betaalt de optiekoper in de financiële markten een bedrag aan degene die het recht verleent, de optiepremie. Een optie is een afgeleid product, ofwel een derivaat. De waarde van de optie is gebaseerd op de waarde van het onderliggende product, de looptijd, de bewegelijkheid van de prijs van de onderliggende waarde en de rente. Er zijn twee soorten opties, call opties en put opties. Zie de uitleg in dit woordenboek.
Optiepremie
Ook wel optie prijs of optiekoers genoemd. De waarde van een optie op dit moment. De premie is afhankelijk de intrinsieke waarde plus de tijd- en verwachtingswaarde. De optiepremie is variabel.
Optieprijs
Ook wel optiepremie en optiekoers genoemd. De waarde van een optie op dit moment. De premie is afhankelijk de intrinsieke waarde plus de tijd- en verwachtingswaarde. De optieprijs is variabel.
OTC
De afkorting voor Over the counter. Dit is de benaming voor de markt voor effecten die niet worden verhandeld aan een beurs. De OTC-markt biedt voornamelijk maatwerkproducten voor professionele marktpartijen.
Out-of-the-money (OTM)
Dit is een term in de optie wereld. Een voorbeeld: Een calloptie heeft een uitoefenprijs van € 20 maar het aandeel (de onderliggende waarde) waar deze optie op geldt heeft een koers van € 18 , dan is er sprake van een “out of the money” (OTM) calloptie. Met de optie heeft u namelijk het recht om de aandelen te kopen voor € 20, maar in de markt kunt u dat doen voor € 18. Dit zou u uiteraard nooit doen. De optie heeft dus geen intrinsieke waarde. Wellicht wel tijdswaarde als de optie niet binnenkort al afloopt.
Over the counter (OTC)
Dit is de benaming voor de markt voor effecten die niet worden verhandeld aan een beurs. De OTC-markt biedt voornamelijk maatwerkproducten voor professionele marktpartijen.
Overbought
Dit is een Engelse term die wordt gebruikt voor een koers die in de afgelopen periode te hard gestegen is. Er is te veel gekocht in de afgelopen periode waardoor de prijs onrealistisch hoog is geworden. Dit is vaak een indicatie dat de koers op korte termijn een daling zal laten zien om dit te herstellen.
Oversold
Dit is een Engelse term die wordt gebruikt voor een koers die de afgelopen periode te snel en steil gedaald is. Veel beleggers hebben deze onderliggende waarde verkocht waardoor de prijs onrealistisch laag is geworden. Dit is een indicatie dat de koers op korte termijn een stijging zal gaan laten zien om dit te herstellen.
Pay-out ratio
Dit is het ratio/percentage van het deel van de nettowinst dat als dividend wordt uitgekeerd aan de aandeelhouders.
Penny Stocks
Een penny stock is een benaming voor een aandeel van een relatief klein bedrijf met een kleine marktkapitalisatie. Het aandeel kost vaak niet meer dan enkele tientallen centen. Het is risicovol om in te beleggen, maar wanneer het bedrijf gaat groeien kan het ook erg hard gaan.
Perpetuele Obligatie
Een eeuwigdurende obligatielening die niet bedoeld is om te worden afgelost, maar waarover wel jaarlijks rente wordt betaald. Zie obligatie voor verdere uitleg.
Preferente aandelen
Dit zijn aandelen die een aantal extra rechten aan zich gebonden hebben, zoals winstdeling of de benoeming van bestuursleden.
Premie
Ook wel optie prijs of optiekoers genoemd. De waarde van een optie op dit moment. De premie is afhankelijk de intrinsieke waarde plus de tijd- en verwachtingswaarde. De premie is variabel.
Primaire markt
Is de markt waar voor het eerst uitgegeven aandelen of obligaties worden verhandelt. Wanneer een bedrijf een aandelen emissie doet (nieuwe aandelen uitgeeft) en u hierop inschrijft en deze koopt, dan koopt u op de primaire markt. Wanneer u aandelen koopt op de secundaire markt, koopt u de aandelen van een andere bezitter op de beurs.
Privatisering
Dit is een benaming voor een situatie waarin de aandelen van een overheidsbedrijf voor het grootste deel in handen komen van particulieren.
Prospectus
Dit is de schriftelijke aankondiging en bijschrijving van een beleggingsproduct of onderneming. Eigenlijk kunt u het zien als de brochure met alle voorwaarden van een aandeel dat wordt uitgegeven.
Put optie
De koper van een putoptie heeft een recht gekocht om een onderliggende waarde tegen een van tevoren afgesproken koers te verkopen. Iemand die bepaalde aandelen heeft en deze wil houden kan zich door koop van een geschikte putoptie dus “verzekeren” van de waarde van zijn aandelen gedurende de looptijd van de optie. Voor deze verzekering betaalt de koper een bedrag. De verkoper van een putoptie verplicht zich een onderliggende waarde af te nemen tegen een van tevoren afgesproken prijs. Als vergoeding ontvangt de schrijver van de koper het premiebedrag. Wanneer aan het eind van de looptijd (bij expiratie) van de optie de handelsprijs van de onderliggende waarde boven de afgesproken prijs ligt zal de optie geen waarde meer hebben. Men kan immers zonder de optie de waarde duurder verkopen dan met de schrijver van de optie is afgesproken. Ligt de prijs echter lager dan de op de optie vastgelegde prijs, dan zal de optiehouder bij de schrijver komen om zijn rechten uit te oefenen. Simpel gezegd; de koper van de putoptie speculeert op een daling van het aandeel op termijn.
Put spread
Dit is een optiestrategie waarbij een putoptie wordt gekocht en een putoptie met dezelfde looptijd, maar een lagere uitoefenprijs verkocht (geschreven). Hiermee wordt ingespeeld op verwachte koersdaling van de onderliggende waarde. Bij een dalende koers neemt de gekochte put in waarde toe. De geschreven put zal de winst beperken. De maximale winst is het verschil in de uitoefenprijzen. Het maximale risico is het geïnvesteerde bedrag. De geschreven put kan een onbeperkt risico vormen bij een dalende koers, maar de gekochte put geeft hiervoor dekking en zorgt ervoor dat u de stukken die uw wellicht moet afnemen altijd tegen de uitoefenprijs kunt verkopen.
Put backspread
Dit is een optiestrategie waarbij er een put optie wordt verkocht (geschreven) en een put optie wordt gekocht met dezelfde looptijd maar een lagere uitoefenprijs wordt verkocht (geschreven). Hiermee wordt ingespeeld op een verwachte stijgende of gelijkblijvende koers. De gekochte put dient als dekking voor de geschreven call die meer zal opleveren wanneer de koers stijgt. Het maximale risico is hierbij het verschil in de uitoefenprijzen van de twee opties.
Quote
Dit is de hoogste biedprijs en de laagste verkoopprijs (laatprijs) van een fonds op een bepaald moment.
Rally
Dit is een benaming voor een scherpe stijging in de koers in een korte periode. De bekendste is de eindejaar rally. Dit is een rally die vaak voorkomt in november en december van ieder beursjaar.
Rating
Beoordeling van de kredietwaardigheid van een bedrijf of bank.
Ratio
Getalsverhouding die aangeeft hoe een verdeling is van twee cijfers. Bijvoorbeeld koers/winstverhouding. Wanneer dit 5 is wil het zeggen dat de koers van een bedrijf 5 keer de winst bedraagt.
Recessie
Dit is een benaming voor een economische teruggang. Een afvlakking van de economische stijging.
Rendement
De opbrengst van een investering op bijvoorbeeld de beurs uitgedrukt in een percentage of bedrag.
Rente
Vergoeding die betaald wordt door een tegenpartij voor het lenen van geld. Meestal wordt dit uitgedrukt in een percentage ten opzichte van het geleende bedrag.
Resttijd
Het aantal dagen dat overblijft tot de expiratie datum(vervaldag) van een optie. Hoe verder de optie van de expiratiedatum af is hoe meer tijdswaarde deze bezit.
RSI indicator
Relative strength index of Relatieve Sterkte Index (RSI) is een technische analyse indicator waarmee bepaald kan worden of een aandeel overbought of oversold is. Het berekend het koersverloop van een fonds over (normaalgesproken) 14 dagen. Er zijn verschillende manieren om met de RSI te handelen en aan en verkoop momenten te bepalen. Iedere belegger kan de indicator naar eigen wens aanpassen.
S&P
Dit is de afkorting van Standard and Poor’s, een Amerikaanse uitgeverij van financiële publicaties die ook een aantal belangrijke beursindices uitoefent zoals de S&P500 index
S&P500 index
Belangrijke brede en uit 500 louter Amerikaanse fondsen bestaande aandelenindex die een goed beeld geeft van het beursklimaat aldaar.
Schrijven
Dit is een term in de optie wereld. Het betekend het verkopen van een optie. Wanneer u bijvoorbeeld een calloptie schrijft(verkoopt) verplicht u zich om de onderliggende waarde tegen een vooraf vastgestelde prijs te verkopen. Omdat u deze verplichting aan gaat ontvangt u hiervoor een premie. Met deze positie gaat u uit van een daling van de onderliggende waarde. Wanneer de koers van de onderliggende waarde daalt zal de premie naar u toe lopen. Een voorbeeld: U schrijft vandaag een call optie Ahold met een uitoefenprijs van € 8,- voor de prijs van € 1,-. Op dit moment is de koers van Ahold ook € 8,-. U heeft nu een verplichting om 100 aandelen Ahold te verkopen tegen een prijs van € 8,-. Hier krijgt u € 100,- aan premie voor. ( bij opties gaat alles over 100 contracten. 1 optie is dus 100 contracten). Stel de koers van Ahold is aan het einde van de looptijd van de optie (dit kan een dag, week, maand of jaren zijn afhankelijk van de looptijd) € 7,-. Dan loopt de optie waardeloos af en kunt u de volledige premie in uw zak steken. Niemand zal u namelijk verplichten om de aandelen voor € 8,- te leveren als zij de stukken op de beurs voor € 7,- kunnen kopen.
Andersom werkt dit uiteraard ook. Stel de koers is € 10,- aan het einde van de looptijd. Dan zal de tegenpartij gebruik maken van zijn recht om de aandelen bij u te kunnen kopen voor € 8,-. U moet dan 100 aandelen kopen op de markt voor € 1000,- en deze voor € 800,- weer verkopen aan de tegenpartij. Een verlies van € 200,-. Echter heeft u wel een premie van € 100,- ontvangen dus is het totale verlies € 100,-.
Settlement
Dit is een Engelse benaming voor de afhandeling van een transactie. Het uitkeren van dividend kan bijvoorbeeld gedaan worden in cash (cashsettlement). Sommige aandelen keren dividend uit in nieuwe aandelen, u krijgt dan dus een aantal aandelen erbij (stockdividend ).
Short positie
Dit is een term waarmee wordt aangegeven dat u een positie in bezit heeft waarmee u speculeert op een daling van de koers. Dit kan op meerdere manieren en met verschillende beleggingsproducten. Als u een put optie in bezit heeft verdient u geld wanneer de koersen dalen, u zit dan short. Het is ook mogelijk om short te gaan door aandelen te verkopen die u helemaal niet in bezit heeft. Dit is echter zeer risicovol en is alleen mogelijk voor professionele handelaren. Wanneer u short gaat in aandelen heeft u een negatieve positie op de rekening. Op een later moment moet u de aandelen alsnog kopen om de rekening weer op nul te zetten. Wanneer de koersen dan gedaald zijn maakt u winst. U heeft de aandelen tenslotte verkocht voor een hogere prijs dan u deze gekocht heeft.
Slotkoers
Laatste koers van een bepaald fonds of index op een handelsdag.
Smallcaps
Aandelen indexen waarin bedrijven genoteerd staat met een relatief kleine marktkapitalisatie (omvang)
Speculeren
Dit is de benaming voor het handelen op de beurs in de verwachting winst te maken door stijging of daling van de koersen. Dit kan met alle verschillende te verhandelen producten op de beurs.
Speeder
Dit is een hefboomproduct waarbij de werking precies hetzelfde is als Sprinters en Turbo’s. Het enige verschil is dat deze door een andere partij zijn uitgegeven. Kijk voor de werking en uitleg bij Sprinters.
Spread
Spread is een term die twee betekenissen heeft. De eerste is het verschil tussen de bied- en laatprijs van een fonds. Voorbeeld: wanneer een aandeel een biedprijs van € 10 heeft en een laatprijs van € 11, is de spread € 1. In de optie wereld heeft het ook een betekenis. Hier wordt een optie combinatie mee aangegeven waarbij er één optie wordt verkocht (short) en één optie wordt gekocht (long). Deze opties kunnen dan verschillende uitoefenprijzen hebben en dan heeft u het over een spread. Wanneer dit bijvoorbeeld met call opties gebeurd heet dit een callspread. Zie callspread voor verdere uitleg.
Sprinters
Sprinters zijn derivaten. Een Sprinter is een afgeleide product met bijvoorbeeld een aandeel, index of grondstof als onderliggende waarde. Wanneer u een Sprinter op een aandeel koopt financiert de bank het grootste deel en u betaalt de rest. Echter, u bent degene die de volledige winst of verlies ontvangt. Hierdoor beweegt uw Sprinter dus sneller dan de onderliggende waarde zelf. Dit wordt ook wel de hefboom genoemd. Een hefboom van 8 betekent dat uw Sprinter 8 maal sneller beweegt dan de onderliggende waarde. Omdat Sprinters geen vervaldatum hebben, kunt u zelf uw beleggingshorizon bepalen. Het gedeelte dat de bank voor u financiert heet het financieringsniveau en hierover betaald u rente. Door aanpassing van het financieringsniveau worden dividenden aan de belegger uitgekeerd.
Om te voorkomen dat u meer verliest dan het door u ingelegde bedrag, heeft iedere Sprinter een Stop Lossniveau (SL). Indien dit niveau wordt bereikt, wordt de Sprinter beëindigd en van de beurs verwijderd. U ontvangt dan een eventuele restwaarde. Er is een risico dat u uw gehele inleg verliest omdat de restwaarde nul kan zijn. Het Stop Loss-niveau wordt iedere tweede beursdag van de maand aangepast, om te voorkomen dat door stijgingen/dalingen van het financieringsniveau het Stop Loss-niveau wordt bereikt.
Bij een dividenduitkering worden het Stop Loss-niveau en het financieringsniveau aangepast op de dag van de dividenduitkering. Om u een voorbeeld te geven van het kopen van een Sprinter Long geven krijgt u hieronder een voorbeeld:
U koopt een Sprinter Long Philips. Het aandeel Philips kost op dat moment € 25, de Sprinter kost € 5 en de bank financiert de andere € 20. Het financieringsniveau is dus € 20. Het stoploss niveau van de Sprinter is € 22. Wanneer de koers van Philips dus onder de € 22 komt zal deze Sprinter ophouden te bestaan en krijgt u nog een restwaarde terug van € 2 (het verschil tussen de stoploss en het financieringsniveau). Nu stijgt het aandeel Philips met 10%, van € 25,00 naar € 27,50. Het aandeel is dus € 2,50 meer waard. De waarde van de Sprinter neemt in dit geval ook met € 2,50 toe en is nu € 7,50. Het rendement op de Sprinter is op dit moment 50%. Dit is vijf keer zoveel dan wanneer u het aandeel in bezit had. Let op: dit kan ook de andere kant op werken wanneer de koers niet doet wat u verwacht had. Hierboven is het principe van de Sprinter Long uitgelegd waarmee geprofiteerd kan worden van een stijging in de koers. Het is ook mogelijk om een Sprinter Short te kopen, waarmee u gaat verdienen wanneer de koers daalt. Deze werkt precies hetzelfde als de Sprinter Long.
Staatslening
Een geldlening die de overheid (staat) is aangegaan.
Staatsobligaties
Een obligatie die is uitgegeven door de overheid (de staat). Voor meer informatie over obligaties zie ‘’obligatie’’ in dit woordenboek.
Steunniveau
Dit is een technisch analyse term waarmee een prijsniveau in de koers van een fonds of markt wordt aangegeven waar er een stabilisatie in een dalende koers kan plaatsvinden of plaatsvindt. Wanneer een steunniveau wordt doorbroken naar beneden kan de koers doorzakken naar beneden. Daarna is dit steunniveau vaak weer een weerstandsniveau wanneer de koers later weer gaat stijgen.
Stochastics (oscillator) indicator
Dit is een technische analyse indicator die aangeeft of de markt overbought of oversold is aan de hand van slotkoersen in de range van candlesticks gemeten over een paar dagen. Wanneer bijvoorbeeld de slotkoersen in de buurt van het hoogste punt van de dag bij elkaar een opgaande beweging vertonen is dit een teken van kracht en is de kans op een verdere stijging groter. Hetzelfde geldt voor een dalende beweging wanneer de koersen een dalende lijn vertonen.
Stockdividend
Stockdividend betekend dat u het dividend van een aandeel niet krijgt uitgekeerd als cash op uw rekening, maar dat u hier nieuwe aandelen voor krijgt in uw portefeuille.
Stop-limit order
Dit is een order die u kunt inleggen bij uw bank of broker (mits deze mogelijkheid wordt geboden). Hierbij kunt u aangeven dat u het betreffende fonds wilt verkopen voor een bepaalde prijs wanneer een bepaald koersniveau wordt gehaald. Dit is dus net iets anders dan bij een normale stoploss order. Hierbij wordt namelijk het fonds tegen bestens prijs verkocht. Een voordeel van deze order is dat u zelf de prijs kunt aangeven waartegen u het fonds wilt verkopen. Nadeel is echter wel dat u er niet zeker van bent dat de order ook daadwerkelijk uit word gevoerd, want het kan zijn dat uw limiet prijs niet wordt bereikt.
Stoploss order
Dit is een order soort die u kunt inleggen bij uw bank of broker (wanneer zij deze mogelijkheid bieden) waarmee u aangeeft bij welke koers u het betreffende fonds wilt verkopen. Wanneer deze koers wordt bereikt wordt uw order automatisch uitgevoerd met een bestens order. Dit is de beste prijs die op dat moment geboden is door een tegenpartij.
Het voordeel van de stoploss order is dat u op voorhand kunt handelen zonder voortdurend de koers in de gaten te hoeven houden. Het nadeel van deze order is dat uw limiet in de markt bekend is en de professionele handel er kortstondig naar toe kan sturen om deze order uit te laten voeren. Het is daarom aan te raden om de limiet niet al te dicht op steun en weerstand niveaus te leggen, waardoor u minder kans heeft dat dit gebeurd.
Straddle (Long en Short)
Dit is een optie constructie waarbij een call optie en een put optie met dezelfde afloopdatums en uitoefenprijzen worden gekocht (Long Straddle). In het geval van een Long Straddle wordt er gespeculeerd op een grote uitslag in de koers. Wanneer dit gebeurd wordt er met deze constructie geprofiteerd. Wanneer er bijvoorbeeld een grote stijging plaatsvindt op korte termijn zal de call optie sterk stijgen in waarde. De put optie zal in waarde dalen maar lang niet met hetzelfde percentage als de call optie. Dit komt door de tijdswaarde die nog in de optie zit. Ook stijgen de premies van opties door een hogere volatiliteit.
In het geval van een Short Straddle wordt er een call optie en een put optie verkocht (geschreven). Met deze constructie profiteert u juist van gelijkblijvende koersen. U profiteert van het weglopen van de tijd en verwachtingswaarde van de opties. Wanneer er weinig gebeurd in de koers van het onderliggende aandeel zal er geen tegenpartij zijn die zijn recht gaat uitoefenen en strijkt u de premie op die u hiervoor gekregen heeft.
In beide gevallen (short en long) is het aan te raden om ervoor te zorgen dat de uitoefenprijzen zo dicht mogelijk bij de huidige koers van de onderliggende waarde liggen wanneer de positie wordt ingenomen. Zo krijgt u geen scheve verhoudingen als er uitslagen optreden.
Strangle
Dit is een optieconstructie waarbij een call optie en een put optie met dezelfde afloopdatums, maar een verschillende uitoefenprijs worden gekocht (Long Strangle) of verkocht (Short Strangle). In het geval van een Long Strangle wordt er gespeculeerd op een grote uitslag in de koers. Wanneer dit gebeurd wordt er met deze constructie geprofiteerd. Wanneer er bijvoorbeeld een grote stijging plaatsvindt op korte termijn zal de call optie sterk stijgen in waarde. De put optie zal in waarde dalen maar lang niet met hetzelfde percentage als de call optie. Dit komt door de tijdswaarde die nog in de optie zit. Ook stijgen de premies van opties door een hogere volatiliteit.
In het geval van een Short Strangle wordt er een call optie en een put optie verkocht (geschreven). Met deze constructie profiteert u juist van gelijkblijvende koersen. U profiteert van het weglopen van de tijd en verwachtingswaarde van de opties. Wanneer er weinig gebeurd in de koers van het onderliggende aandeel zal er geen tegenpartij zijn die zijn recht gaat uitoefenen en strijkt u de premie op die u hiervoor gekregen heeft.
Take profit niveau
Een koersniveau waarop de winst of een deel van de winst wordt genomen.
Target
Koersdoel van een aandeel. Wanneer u een positie inneemt met de verwachting dat deze naar een bepaalde waarde zal stijgen dan is deze waarde uw target.
Technische Analyse
Technische Analyse is een van de twee analyse methoden die worden gehanteerd op de beurs. Technische Analyse is gericht op het bestuderen van het historisch koersverloop om op deze manier een toekomstige richting te kunnen bepalen. Er wordt met deze methode bijvoorbeeld gezocht naar een telkens weer terugkerend patroon waarna er wat gezegd kan worden over het vervolg hiervan. Wanneer er in het verleden in 65% van de gevallen een stijging zich heeft voorgedaan na het vormen van een bepaald patroon, dan kun je met enige zekerheid zeggen dat de kans op een stijging groter is na dit patroon dan een daling. Op basis hiervan worden dan in en uitstapmomenten bepaald. Ook zijn er met technische analyse steun- en weerstandsniveaus te ontdekken in de koers van aandelen of markten. Deze informatie kan gebruikt worden om een keuze te maken. Over de jaren heen is technische analyse een steeds grotere rol gaan spelen naast fundamentele analyse, waarbij het voornamelijk draait om de waardering van de onderliggende waarden. Veel beleggers gebruiken deze tijden beide methodes naast elkaar.
Testen
Dit is een technische analyse term waarbij wordt bedoeld dat kort na het doorbreken van een koerspatroon, trendlijn, steun- of weerstandsniveau vaak een tegengestelde beweging vormt. Dit wordt testen van de uitbraak genoemd.
Tijdswaarde
Tijdswaarde is de waarde van de tijd die nog in een optie zit. Wanneer een optie nog een jaar loopt zit hier nog veel tijdswaarde in. Er kan tenslotte nog veel gebeuren in een jaar. Tijdswaarde loopt steeds sneller naar beneden naarmate een optie dichter bij de afloopdatum komt omdat de kans steeds kleiner wordt dat er nog grote bewegingen optreden.
Top
Een top is een piek in een koersgrafiek. Dit is een nieuw hoogste punt die vaak in het verleden al een keer is bereikt. Er kan een horizontale weerstandslijn worden getrokken tussen de toppen uit het verleden en deze nieuwe top in de koers. Dit is vaak een punt waar de koers even blijft hangen voordat het doorstijgt of terug valt.
Tracker
Dit is de benaming voor Exchange Traded Fund (ETF). Het wordt ook wel een Een Tracker volgt de index waarop het van toepassing bijna één op één. Een interessante mogelijkheid om met een aankoop direct te investeren in een gehele index. Makkelijker en goedkoper dan alle fondsen in een index los aan te schaffen. Uiteraard moet u net als bij een normaal beleggingsfonds ook een fee afdragen.
Trackrecord
Een overzicht van de prestaties uit het verleden van een bepaald bedrijf, aandeel of index.
Trailing stop
Dit is een soort order die u kunt inleggen bij uw bank of broker (mits deze order wordt aangeboden). Een trailing stop order is een luxe stoploss order die u gebruikt als uw positie op winst staat. Met deze order legt u de winst vast. Wanneer u deze order inlegt kunt u aangeven op hoeveel punten of euro’s u wilt uitstappen bij verlies. Wanneer uw positie aan het stijgen is schuift deze stoploss automatisch met hetzelfde aantal punten mee omhoog. U hoeft dit dus niet meer handmatig te doen en uw winst wordt veiliggesteld. Bij sommige banken en brokers is het ook mogelijk om de stoploss niet van een bepaald aantal punten af te laten hangen maar van een signaal van een indicator. Wanneer er dan een verkoopsignaal wordt gegeven door de indicator wordt uw positie automatisch verkocht. Wel moet u dan zeker weten dat de afstelling van de indicator klopt.
Transactiekosten
Dit zijn de aan en verkoopkosten die u betaald voor het handelen in effecten. Deze zijn bij ieder bank en broker verschillend. Vaak hebben deze een vast en een variabel deel afhankelijk van het aantal en de grootte van de order.
Treasuries
Dit is een benaming voor Amerikaanse tienjarige obligaties.
Trendlijn
Dit is een rechte lijn die bepaalde toppen of dalen in de koers met elkaar verbind. Wanneer er keer op keer een hogere top in de koers wordt gevormd en men daar een rechte lijn langs trekt ontstaat er een stijgende trendlijn.
Turbo
Dit is een hefboomproduct waarbij de werking precies hetzelfde is als Sprinters en Speeders. Het enige verschil is dat deze door een andere partij zijn uitgegeven. Kijk voor de werking en uitleg bij Sprinters.
Uitbodemen
Dit is een technische term voor het stabiliseren van de koers na daling. Doe koers bereikt zogenaamd de bodem en veert hierop terug.
Uitbreken
Dit is een technische term voor het onverwachts omhoog schieten van een koers door een weerstand niveau. De koers breekt door het niveau heen, vandaar de term uitbreken.
Uitoefenprijs
Dit is de vaste prijs waartegen de onderliggende waarde (bijvoorbeeld een aandeel) van een optie mag worden gekocht of verkocht. Wanneer u een Call Philips december 2016 25 in bezit hebt, betekend dit dat u de optie heeft om 100 aandelen Philips tot en met december 2016 te kopen voor een prijs (uitoefenprijs) van 25 euro.
Underperformer
Dit is een Engelse term voor een aandeel dat achter blijft ten opzichte van het gemiddelde van de index waarin het staat genoteerd. Hij presteert ondermaats (underperformer).
Valuta
Benaming voor geldsoort. Euro, dollar, Yen enzovoorts zijn allemaal valuta.
Valutarisico
Het risico dat u loopt wanneer u aandelen in bezit heeft die in een andere valuta zijn genoteerd dan die van u. Wanneer u aandelen op de Amerikaanse beurs bezit en de koers daarvan blijft gelijk bestaat er ook valutarisico. Wanneer de dollar namelijk minder waard wordt zijn uw aandelen in dollars ook minder waard.
VEB
De afkorting voor Vereniging voor Effectenbezitters. Dit is de grootste Nederlandse belangenvereniging voor beleggers. Deze vereniging doet alles om de belangen van beleggers te behartigen. Een voorbeeld is het starten van een procedure tegen een beursgenoteerd bedrijf die onvolledige of misleidende informatie heeft gepubliceerd. In het verleden is dit gebeurd bij Fortis, SNS Reaal, World Online, Dexia en velen meer.
Verwachtingswaarde
Dit is een term voor het verschil in de prijs van een optie en de prijs van de onderliggende waarde. Ook wel tijdswaarde genoemd. Wanneer een optie nog een jaar loopt zit hier nog veel tijdswaarde in. Er kan tenslotte nog veel gebeuren in een jaar. Tijdswaarde loopt steeds sneller naar beneden naarmate een optie dichter bij de afloopdatum komt omdat de kans steeds kleiner wordt dat er nog grote bewegingen optreden.
Volatiliteit
Volatiliteit is een term waarmee de beweeglijkheid van een koers wordt aangegeven. Wanneer de koers van bijvoorbeeld de AEX grote uitslagen naar boven en naar benden laat zien is er sprake van hoge volatiliteit. Dit heeft veel invloed op de prijzen van opties. Hoe hoger de volatiliteit hoe hoger de prijs van een optie, omdat er meer risico in de markt is. U kunt het vergelijken met een brandverzekering. Deze zal ook duurder zijn wanneer er bij u in het dorp gemiddeld twee keer zo veel brand uit breekt dan in de rest van Nederland. Voor dat risico betaald u premie.
Volume
Term voor de hoeveelheid handel dat er is op een bepaalde beurs, index of in een bepaald aandeel, optie of ander beleggingsproduct.
Vreemd vermogen
Verzamelnaam voor alle schulden van een onderneming.
Wallstreet
Straat waar de New York Stock Exchange gevestigd is. Dit wordt ook wel gebruikt om de algehele Amerikaanse beurs mee aan te geven. Hetzelfde als dat men in Nederlands de algehele beurs bedoelt wanneer men het over Beursplein 5 heeft.
Warrants
Verhandelbaar recht om tegen een vastgestelde prijs gedurende een bepaalde periode nieuwe aandelen te kopen, rechtstreeks van de onderneming. Het is een soort optie, maar verschilt hier toch van. Warrants worden namelijk door ondernemingen of financiële instellingen zelf uitgegeven. Een Short positie (schrijven) is hierbij ook niet mogelijk om in te nemen.
Weerstandsniveau
Dit is een technische term voor een prijsniveau aan de bovenkant van de koers. De koers voelt hier weerstand en het lukt hier niet direct om doorheen te breken. Wanneer de koers hier doorheen weet te breken vormt dit weerstandsniveau vaak weer een steunniveau wanneer de koers in de periode hierna weer terugzakt naar dit niveau.
Wholesale
Dit is een benaming voor orders en transacties op de beurs met een grote omvang.
Winst per aandeel (wpa)
Dit is percentage geeft de winstgevendheid van een onderneming weer voor de aandeelhouder. De winst per aandeel (wpa) is de totale winst van een onderneming gedeeld door het aantal uitstaande aandelen.
Winstwaarschuwing Dit is een bekendmaking van een onderneming dat een eerder uitgesproken winstverwachting over het lopende jaar niet gehaald gaat worden en naar beneden bijgesteld moet worden.
Xetra (DAX)
Xetra DAX is de offieciele benaming voor de Duitse beurs in Frankfurt, in de volksmond ook wel de DAX genoemd.
Yield
Yield is het Engelse woord voor rendement op effecten.
De yield ratio is de verhouding tussen het rendement op 10 jarige staatsleningen en het dividendrendement op aandelen, oftewel de lange rente gedeeld door het dividendrendement. De earnings yield ratio tenslotte is de omgekeerde koers-winstverhouding gedeeld door het rendement op 10jarige staatsobligaties. Hoe hoger dit cijfer, hoe goedkoper de beurs.
Yield-gap
Renteverschil tussen staatsobligaties en gewone obligaties.
Yield-ratio
Verhouding tussen het dividendrendement (dividend gedeeld door beurskoers) op aandelen en het rendement op de kapitaalmarkt, de rente die u krijgt wanneer u het geld uitleent.
Zero Bond
Dit is een obligatie uitgegeven met een nul-procent coupon. Hier krijgt u geen rente op. Daartegenover staat dat deze worden uitgegeven ver onder de huidige prijs. Doordat deze wel worden afgelost tegen de huidige prijs kan er rendement gemaakt worden.